ANDRILLO - ELUSIVE

Eigenlijk had ik net zo goed het etiketje “folk” op deze CD kunnen kleven, want als je niet zou weten dat deze plaat een soundtrack is, dan zou je ze zonder moeite kunnen beluisteren als die van een singer-songwriter. Maar goed, het is wat het is en, omdat het van de hand is van Andrea Andrillo, Sardijn van geboorte, activist en artiest van roeping. Ik denk niet dat de man hier heel bekend is, maar in Italië en zeker in Sardinië hoeft hij niet eens zijn voornaam meer te gebruiken opdat iedereen zou weten om wie het gaat. Zo’n beetje als hier bij ons het merk “Van het Groenewoud” een eigen etiket geworden is.

Die nieuwe plaat is dus de soundtrack bij de film “Mark’s Diary” van Giovanni Costa, een veel gelauwerde maar (te) weinig bekeken film over twee lichamelijk gehandicapte mannen die van andere afhankelijk zijn om de meeste dingen te kunnen doen. Ze houden erg veel van elkaar, maar door hun beperkingen kunnen ze die liefde niet fysiek beleven en dus beginnen ze te fantaseren en te dromen dat ze een ander stel zijn, waaraan ze het vervullen van hun verlangens kunnen toevertrouwen. Zo maken ze, langs dans, fotografie en muziek een imaginaire reis, die erop gericht is de bevoegde instanties te wijzen op de noodzaak om iets te doen aan de bevrediging van de seksuele behoeftes van mensen met een beperking. Heel mooie, tedere film, waarvan ik alvast durf hopen dat onze filmclubs hem na Corona in hun programmatie opnemen.

Los daarvan is ook deze plaat meer dan zomaar de muzikale begeleiding van een serie plaatjes, film genaamd. Nee, deze soundtrack is, letterlijk en figuurlijk, een “labour of love”: zowat alle tracks hebben dat woord in de titel of ze handelen minstens om Liefde, in al haar vormen. Andrillo ging aan de haal met een aantal songs, al dan niet recent, maar zeker in Italië bekend en hij deconstrueerde ze, om ze in te passen in de ritmiek van de film. Dat deed hij bij voorbeeld met “Enjoy The Silence” van Depeche Mode, met “There is a Light That Never Goes Out “n “”Please Please Please, let me Get What I Want” van The Smiths, “Call Me” van Blondie, “Light My Fire “ van The Doors. Uit de Italiaanse stal haalde hij het meer dan honderd jaar oude “A Little Love a Little Kiss” van Lao Silesu en “Amore che vieni, amore che vai” van de geweldige en veel te jong gestorven Fabrizio de André.

Daarnaast schreef Andrillo ook nog drie nieuwe nummers, zodat de film uiteindelijk ruim een half uur heerlijke muziek biedt. Alle zang doet hij zelf, hij speelt ook de gitaarpartijen en krijgt af en toe hulp van Pier Paolo Liori op accordeon, jazzman Alberto Sanna op harmonica, Roberto Massa op gitaar en veelgevraagde bassist Silvano Lobina, die je kunt kennen van bij Elena Ledda of Riccardo Tesi. Drummer Gianrico Manca werd opgespaard voor één van de hoogtepunten van de plaat, het door Andrillo zelf geschreven “In Spite of Everything”. Het zal wel weer eens geen toeval zijn dat deze soundtrack tot ons komt via Radici Music, een label dat de voorbije maanden de ene na de andere parel tot bij ons bracht. Ga deze film zien, mensen. Of luister minstens naar deze soundtrack, maar besef dat u dan een essentieel stuk van de film misloopt!

(Dani Heyvaert)

 

 

Artiest info
   
 

Label : Radicimusic Records
distr.: Xango

video